Stop pitten in je verhaal

08 juli 2017

 

Stop pitten in je verhaal



Na een vermoeiende bergwandeling kwamen we aan op onze bestemming. Met een bezweet voorhoofd en brandende voeten zochten we verkoeling.

Ons oog viel op een ijswinkeltje. Daar at ik het lekkerste ijs dat ik ooit heb gegeten.

Vernazza-2

Onvoorstelbaar fris, aangenaam zuur en lekker zoet. Sinds het voorjaar van 2004 heb ik geen lekkerder citroenijs gegeten dan daar in Vernazza, een van de Cinque Terre.

Het was niet alleen de smaak die me verraste. Ook de textuur van het ijs was bijzonder. Ik nam een hapje en stuitte op iets hards. Voorzichtig peuterde ik het ding uit mijn mond. Een citroenpit.

Slordig, dacht ik.

Pitten. Die haal je er toch uit? Maar ach, het ijs was heerlijk en bood verkoeling na een vermoeiende wandeltocht. Snel verder eten dus, voordat het ging smelten.

Maar het bleef niet bij die ene pit. Er volgden er nog een stuk of tien, die ik stuk voor stuk toevertrouwde aan de straten van Vernazza.

Gaandeweg maakte mijn aanvankelijke ergernis plaats voor verwondering en respect. Het was authentiek, eerlijk ijs. De pitten waren daarvan het tastbare bewijs.

Nog nooit had ik citroenijs met pitten gegeten. En sindsdien ook niet meer. Alleen al daarom wil ik nog een keer terug.

Wat voor ijs geldt, geldt ook voor teksten. Wil je een onderscheidend verhaal dat boeit en beklijft? Stop er dan de volgende 'pitten' in:
  • Schrijf concreet en beeldend
  • Schrijf actief en persoonlijk
  • Schrijf eerlijk en authentiek
 

Schrijf concreet en beeldend

  • Waarom schrijf je over een 'vijftal raadsleden' als je weet dat het er exact vijf zijn?
  • Waarom zou je het hebben over een glas sterke drank als het gaat om een glas whiskey met tonen van turf en jodium?
  • Waarom melden dat iemand casual gekleed gaat als die persoon op een sollicitatiegesprek komt aanzetten in een vaal, uitgelubberd t-shirt en een te wijde linnen broek met gerafelde pijpen met daaronder afgetrapte gympen?

Een lezer ziet niet waar jij het over hebt. Schrijf daarom concreet, beeldend en gedetailleerd, zodat je lezer zich zijn eigen beelden kan vormen. Dat vergroot de kans dat je verhaal wordt onthouden.

Tip: denk als een (roman)schrijver en hanteer het adagium: 'Show, don't tell'

Nog een tip: blijf weg van open deuren, vaagtaal en containerbegrippen zoals ‘maatwerk’, ‘proactief’ en ‘win-winsituatie’. Het zijn begrippen met kraak noch smaak, waar niemand blij van wordt.


Schrijf actief en persoonlijk

Stel, jij en je partner zijn 25 jaar getrouwd. Dat moet gevierd worden! 's Avonds gaan jullie romantisch dineren bij kaarslicht, in jullie favoriete restaurant. Het is gezellig, het eten is lekker en jullie hebben elkaar - zelfs na al die jaren - nog heel veel te vertellen. Je voelt je gelukkig.

Bij de koffie buigt je partner zich voorover naar jou en fluistert:

'Er wordt van jou gehouden.'

Wat gaat hier fout? Welke vraag roept deze merkwaardige liefdesbetuiging op? Wie? Wie houdt er van mij?

Er zijn twee schrijfstijlen: de actieve en de passieve schrijfstijl. Ik zal het meteen zeggen: de actieve schrijfstijl heeft de voorkeur, omdat die duidelijker en korter is.

Passief: Er is besloten...
Actief: Het college van burgemeester en wethouders heeft besloten...

Passief: De vergadering wordt ingepland
Actief: Emma plant de vergadering in

Passief: Na afloop wordt het project geëvalueerd
Actief: Na afloop neemt de projectleider het initiatief tot een evaluatie

Passie: De rekening wordt betaald
Actief: Hans betaalt de rekening


Zie (en voel) je het verschil?

Passief taalgebruik, ook wel de 'lijdende vorm' genoemd, is met name onder ambtenaren heel populair. Kenmerkend voor deze stijl is de vervoeging van het werkwoord 'worden'. Herman Frijlink schrijft hierover:

'De lijdende vorm is de taal van de bureaucratie, de taal van de angsthaas, die niet wil of kan zeggen wie de handelende persoon is, wie er verantwoordelijk is.'

Duidelijker kan ik het niet zeggen. Schrijf dus actief. 
 

Schrijf eerlijk en authentiek

Veel teksten creëren - bewust of onbewust - afstand tot de lezer. Bijvoorbeeld door de lijdende vorm (zie hierboven), door de lezer met 'u' aan te spreken in plaats van met 'jij' en door formeel taalgebruik: met de meeste hoogachting, hopende u voldoende geïnformeerd, krachtens deze regeling, in dier voege en ga zo maar door.

Als wij gaan schrijven, gebeurt er iets raars met ons. Kennelijk vinden we het dan ineens nodig heel gewichtig te doen. Alsof we anders niet geloofwaardig zijn.

Niet doen! De regel is: schrijf verzorgde spreektaal. Het mooie daarvan is: iedereen kan het. Jij dus ook!

Ik geef je een tip. Ga niet typen, maar pak je mobieltje. Daar zit vast een memofunctie op. Beeld je in dat je tegen je moeder spreekt. Ga eventueel voor de spiegel staan en vertel wat je te zeggen hebt. Neem dat op, luister het af en werk het uit. Je zult zien dat je dan een heel eind komt en dat je wegblijft van formele woorden en stijve zinnen. 

Wat ook goed werkt, is schrijven over persoonlijke ervaringen en wat je daarvan opstak. Kruid je verhaal met geuren en kleed het aan met kleuren. Laat je lezer voelen wat je zelf ervaarde. En zo'n verhaal hoeft echt niet alleen maar over successen te gaan. Liever niet zelfs.
 
Veel teksten op internet zeggen impliciet: 'Kijk mij eens succesvol zijn'. De krantenjongen die miljonair werd. Veel mensen smullen ervan. Maar hoeveel mensen geloven die verhalen ook daadwerkelijk?

Een verhaal over iemand die zonder enige weerstand zijn doel bereikt, is volstrekt oninteressant.

Toch posten veel mensen op Facebook uitsluitend berichte over leuke ervaringen. Alsof ons leven een aaneenschakeling is van behaalde diploma's, zakelijke successen, stedentrips en etentjes in sterrenrestaurants. Misschien is dat bij jou zo. Bij mij in ieder geval niet.

Zelf lees ik veel liever over iemand die hard op zijn bek ging. Niet uit leedvermaak, maar om de louterende werking van een foute keuze. Van een blunder leer je veel meer dan van een makkelijk behaald succes.

Daarom mijn advies: schrijf eens openhartig over een stommiteit die je hebt begaan - en wat je daarvan opstak. Ik zal zelf het goede voorbeeld geven.

Ik heb eens een een grote woningcorporatie als klant verspeeld omdat ik gemakzuchtig was en onvoldoende doorvroeg. Had ik meer aandacht aan die opdracht (en die relatie) besteed, dan had ik nog jarenlang voor deze opdrachtgever kunnen werken. Daar heb ik nog altijd spijt van. Keerzijde is wel dat ik sindsdien een stuk scherper ben. Zoiets overkomt me niet nog een keer!

Kortom...
Wie wil overtuigen, vertelt een waarachtig verhaal en kruidt dat met eerlijke ingrediënten. Boei je publiek met verhalen met pit(ten)!



Blog